Herken je dat gevoel? Je hebt enorm goed geleerd voor een toets en je hebt er het volle vertrouwen in dat je het goed gaat maken. Toch blijkt na de toets dat je een onvoldoende hebt gekregen. Balen, maar niet heel gek. Naast jou schat zo’n 70% van de lerenden die een onvoldoende hebben gehaald voor een examen in dat ze een voldoende halen. Hoe kan dit gebeuren?
Dunning-Kruger effect
Uit onderzoek blijkt dat we het lastig vinden om in te schatten waar we staan en over welke vaardigheden we niet beschikken. We hebben vaak de neiging om onszelf te overschatten. Dit wordt ook wel het Dunning-Kruger effect genoemd. Dit verklaart ook dat we vaak niet weten hoe we moeten leren. Voor je begint met leren moet je namelijk eerst inschatten wat je al weet en wat je dus nog niet weet. Hierdoor kan je extra aandacht besteden aan de vaardigheden en kennis waar je nog niet over beschikt. Maar omdat we zo slecht zijn in het inschatten van onze eigen kennis en vaardigheden, realiseren we pas tijdens het doorlopen van een training hoe slecht (of goed natuurlijk) je in een vaardigheid bent.
Leerstrategieën
Er wordt veel gezegd over leerstrategieën en dat iedereen op een andere manier leert. Hierbij wordt ook gezegd dat niet elke leerstrategie voor elk persoon werkt. Hier zit een kern van waarheid in. Iedereen heeft wel een voorkeursstrategie voor het leren. Voordat je een examen gaat maken, ga je voor jezelf bepalen hoe je het leren gaat aanpakken. Dit verschilt per individu. Dat wat iemand voor zichzelf als een effectieve methode ziet, hoeft niet noodzakelijk te betekenen dat de strategie daadwerkelijk effectief is.
Leer jij door de stof uit het boek of de training steeds te opnieuw te lezen en hierdoor de teksten te herkennen? Of leer jij juist door woorden en zinnen die belangrijk zijn in een tekst te markeren? Misschien vind je het wel prettig om de stof samen te vatten en dan de samenvatting steeds opnieuw te lezen. Uit onderzoek is gebleken dat deze strategieën de meeste voorkeuren hebben, maar lang niet allemaal effectief blijken te zijn.
Herlezen
Het opnieuw doorlezen van de stof, ofwel het stampen van de tekst, blijkt vaak niet effectief te zijn. Hier doe je namelijk een beroep op je kortetermijngeheugen. Wanneer je vlak voor een examen de teksten gaat stampen, blijft niet veel van de theorie hangen.
Markeren
Er is ook veel onderzoek gedaan naar groepen die leren via het markeren van de tekst. Er zijn hierin drie groepen gemaakt.
- Een groep die zelf de steekwoorden en belangrijke zinnen markeert
- Een groep die al voor gemarkeerde tekst gaat leren
- Een groep die zonder markeren gaat leren
Het resultaat? Het markeren heeft geen positief effect, het doet niets met de leerresultaten van de deelnemers. Gooi die gele markeerstift maar in de prullenbak! 🗑
Samenvatten
Tot slot: het maken en schrijven van samenvattingen. Hier zijn de meningen over verdeeld. Onderzoeken wat het leereffect van samenvatten is, is heel lastig. Er zit namelijk veel verschil in de kwaliteit van de samenvatting. Omdat de kwaliteit van samenvattingen erg uiteenloopt, wordt het schrijven van samenvattingen dus gezien als een minder effectieve manier van leren.
Effectieve leerstrategieën
Maar wat werkt wel? Uit onderzoek blijkt dat er twee strategieën zijn die je kan toepassen om effectief te leren. De eerste strategie is het spreiden van leermomenten. Met het spreiden van leren bedoelen we dat je niet alles op één dag moet willen leren, maar dat het beter is om de stof te herhalen op verschillende momenten en verschillende dagen. Het herhalen op verschillende dagen blijkt effectief blijkt te zijn, omdat je op deze manier de leerstof niet zo snel vergeet (zie ook de Vergeetcurve van Ebbinghaus). Op deze manier onthoud je de stof op de langere termijn veel beter.
De twee strategie is om jezelf toetsen. Je onthoudt de stof nog beter wanneer je jezelf overhoort. Dit betekent niet dat je de stof nog een keer moet doorlezen, maar jezelf vragen stelt over de stof. Weet je het even niet? Dan kan je het nog een keer doorlezen of het opzoeken. Daarna toets je jezelf nog een keer. Een goed voorbeeld hiervan is het maken van flashcards. Je zet op deze kaarten vragen voor jezelf met op de achterkant het antwoord. Heb je hem niet goed beantwoord? Duik dan terug in de leerstof!
Het allerbeste is om deze twee effectieve leerstrategieën met elkaar te combineren. Dit betekent dat wanneer je een hoofdstuk (of e-learningmodule) doorlopen hebt, je niet meteen dezelfde dag nog gaat toetsen of je het begrepen hebt, maar dat je de toets op een ander moment inplant. Op deze manier leer je het allerbeste!